De strijd tegen droogte is een marathon, geen sprint - Opiniestuk mei 2022
Het is alweer erg droog. De voorbije drie maanden viel er zo weinig regen dat de droogte-index van KMI midden mei in grote delen van Vlaanderen donkerbruin kleurt. Een droogte die volgens de statistieken maar één keer om de 50 jaar voorkomt maar de laatste jaar helaas niet meer zo uitzonderlijk blijkt te zijn. Ook in 2018, 2019 en 2020 werden we met lange droge periodes geconfronteerd en de daarbij horende sproeiverboden, captatieverboden en impact op natuur en landbouw.
De voorbije
dagen was de droogte dan plots weer groot nieuws. Alle Vlaamse kranten en de
journaals op radio en tv berichtten over de droogte. De meeste gestelde vragen:
“Hoe extreem is de droogte nu?”, “Mogen
we de tuin nog sproeien?” en “Komt er straks nog wel water uit de kraan?”. Logische
en pertinente vragen maar wel erg reactief en met een focus op de korte
termijn. En met uiteraard voorspelbare verontwaardigde reacties op sociale
media van mensen die hun gras nog wel wilden sproeien en experten verweten
onheilsprofeten te zijn.
De strijd
tegen droogte is echter een marathon en geen sprint. Een veel belangrijkere
vraag dan hoe extreem droog het vandaag is en of we onze planten nog water
mogen geven, is hoe we er op lange termijn op een proactieve manier voor kunnen
zorgen dat Vlaanderen weerbaarder wordt tegen droogte en waterschaarste. Die
periodes van droogte zijn helaas een blijver. Wetenschappers voorspellen al
langer dat droogteperiodes vaker, intenser en langer zullen worden in de
volgende decennia en 2018, 2019, 2020 en nu ook 2022 tonen aan die
voorspellingen helaas realiteit zijn geworden.
Vlaanderen
is bovendien kwetsbaar voor droogte. Onze hoge bevolkingsdichtheid en hoge
welvaart resulteren in een hoge watervraag. De verhardingsgraad van ons
landschap en de traditie om water zo snel mogelijk te willen afvoeren maken dat
water niet goed kan infiltreren en vastgehouden worden in de bodem en de
diepere ondergrond om het grondwater te voeden. De mogelijke impact van droogte
in voor landbouw, natuur, industrie, gezinnen, scheepvaart en recreatie in Vlaanderen
is ook groot. De voorbije jaren zagen we ondermeer natuurbranden, schade aan
gewassen, natuurschade, watertekorten en problemen met bodemstabiliteit. Onze
ogen sluiten voor het probleem van droogte en waterschaarste is dus geen optie.
Maar er is
geen reden voor paniek, berusting of pessimisme. Vlaanderen is geen woestijn.
In tegenstelling tot veel andere regio’s in de wereld valt er hier op jaarbasis
voldoende regen. Er zijn dan ook oplossingen om onszelf weerbaar te maken tegen
droogte en waterschaarste.
Wat kunnen
en moeten we dan doen om ervoor te zorgen dan we beter voorbereid zijn op die
periodes van droogte zodat we schade en watertekorten kunnen vermijden?
Een
belangrijke sleutel in het droogtevraagstuk is meer infiltratie. Meer
infiltratie betekent minder verharding, ontharden en meer investeren in
infiltratievoorzieningen zoals wadi’s maar ook gezonde bodems zijn cruciaal. Op
die manier kan het grondwater beter gevoed worden, kunnen de grondwaterpeilen
structureel verhogen en kan het grondwater zich ook beter herstellen na
droogte.
Grondwater
moet ook beter worden vastgehouden in de ondergrond. Te veel grondwater wordt
snel weer afgevoerd door drainagebuizen en grachten in landbouwgebied en
drainagesystemen rond gebouwen en infrastructuur. Hoewel we de laatste jaren
zien dat vele actoren het belang van water vasthouden inzien en overschakelen
op minder en slimmer draineren en stuwen van grachten, is het voor velen nog
moeilijk om af te stappen van de gewoonte om water zo snel mogelijk te willen
afvoeren.
We kunnen
ook nog grote stappen zetten om onze vraag naar drinkwater, grondwater en
rivierwater te verkleinen: waterbesparende maatregelen, gebruik van regenwater
bij gezinnen en bedrijven, hergebruik van gezuiverd afvalwater in industrie en
landbouw en duurzamer bemalen bij werven zodat ons kostbaar grondwater niet zo
maar in een riolering of gracht verdwijnt.
Al deze proactieve
oplossingen werden in de zomer van 2020 geïntegreerd in de Blue Deal, het plan
om Vlaanderen weerbaarder te maken tegen droogte en waterschaarste. Met 70
maatregelen en de hulp van de Europese relancemiddelen beoogt de Blue Deal een
robuust watersysteem zodat er ook de volgende decennia nog voldoende water is
voor gezinnen, natuur, industrie en landbouw. De Blue Deal heeft het thema van
droogte en waterschaarste hoog op agenda gezet en door de bewustwording en de
voorziene investeringsbudgetten geleid tot een enorme impuls bij alle actoren.
Er worden gebiedsgerichte coalities gevormd rond robuuste watersystemen,
bedrijven investeren in circulair watergebruik, landbouwers schakelen over naar
peilgestuurde drainage en verhogen de infiltratie en waterberging op hun
percelen, steden en gemeenten gaan voor waterbewuste publieke ruimte, natuur wordt
versterkt en drinkwatermaatschappijen zetten in op leveringszekerheid.
Maar we
zijn er nog niet. De opgave is immens. Het is bijvoorbeeld gemakkelijk om als
academicus te pleiten voor meer infiltratie maar in de praktijk betekent dat
dat er bijna overal in Vlaanderen klein- en grootschalige ingrepen nodig zullen
zijn. We zullen de oplossingen uit de Blue Deal dus nog veel sneller en breder
moeten uitrollen dan we tot nu toe gedaan hebben.
Bovendien
is de Blue Deal op dit moment nog een tijdelijk iniatief met eindige budgetten
hoewel de strijd tegen droogte en waterschaarste helaas niet voorbij zal zijn
in 2024. Het zou dan ook heel jammer zijn als de positieve dynamiek die de Blue
Deal gecreerd heeft in alle sectoren stopgezet zou worden. Laten we de
principes van de Blue Deal dan ook verankeren in de wetgeving en met structurele
financiering zodat er ook na deze regeerperiode in infiltratie, circulair
watergebruik, opvang en gebruik van regenwater en andere klimaatadaptatieve
maatregelen kan ingezet worden. Structurele financiering en meerjarige
budgetten kunnen ervoor zorgen dat we kunnen blijven investeren in een robuust
watersysteem ook wanneer het regent, de droogte weer ver weg lijkt en er andere
prioriteiten lijken te zijn. Laten we dus even verder kijken dan deze droogte
en de staat van ons gazon want de strijd tegen droogte is een marathon en geen
sprint.
Reacties
Een reactie posten